Na de zachte markt die de verzekeringssector tussen 2003 en 2018 kenmerkte, trad de voorbije twee jaar een (internationale) marktverharding in. Die maakte een einde aan de opportuniteit om een verzekeringsdekking in te kopen tegen vaak zeer lage prijzen, met hoge verzekerde kapitalen, weinig uitsluitingen en lage vrijstellingen. In die context noteren verzekeraars slechte resultaten wat betreft schadeverzekeringen, met brand-, aansprakelijkheids- of cyberpolissen als usual suspects.
Minder usual, maar zeker evenzeer geïmpacteerd, zijn bijvoorbeeld de arbeidsongevallenverzekeringen voor de uitzendsector. Bij Vanbreda Risk & Benefits stellen we vast dat de verzekeraars dit risico kritischer evalueren alvorens een offerte uit te werken. Bij deze evaluatie wordt vooral het preventiebeleid een bepalende factor. “Wij stellen vast dat verzekeraars meer belang hechten aan het preventiebeleid dat bedrijven voeren en aan de bereidheid tot samenwerking met de klant op dit vlak”, zegt Els Van den Broeck.
“Aangezien een uitzendkantoor zijn werknemers bij uiteenlopende bedrijven tewerkstelt, schatten verzekeraars dit zelfs zonder marktverharding al in als een zwaarder risico. Ook al toont de uitzendsector de voorbije 20 jaar een positieve evolutie in aantal ongevallen, alsook de omvang ervan. Door de verharding van de markt is ook voor deze sector het aantal verzekeraars dat bereid is het risico op arbeidsongevallen te onderschrijven, verder afgenomen. Zonder een degelijk preventiebeleid dreigt uitzendarbeid in bijvoorbeeld de bouw- of logistieke sector op termijn moeilijk verzekerbaar te worden. Dit terwijl de arbeidsongevallenverzekering nog steeds een verplichte dekking is.”
Om een dergelijke situatie te ontmijnen, is het voor elk bedrijf aangewezen om de statistieken over de arbeidsongevallen van zijn medewerkers te analyseren. Elk tarief voor een arbeidsongevallenpolis is immers gebaseerd op de financiële statistieken van een verzekeraar. In die statistieken is doorgaans heel wat reserve ingebouwd en het kan nuttig zijn om net die reserves kritisch onder de loep te nemen. “Als makelaar bieden we onze klanten heel wat toegevoegde waarde door in te zoomen op hoe een reserve verantwoord kan verkleind worden”, legt Els Van den Broeck uit. “Evolueren letsels sneller of gunstiger dan initieel ingeschat, dan heeft dit positieve gevolgen voor jouw schadestatistiek. Door de data tot in detail te analyseren, bekom je een correctere en aantrekkelijkere statistiek voor verzekeraars. Zo ontstaat ook een betere onderhandelingssituatie voor jouw polis arbeidsongevallen. Zeker als concrete preventieacties kunnen geïmplementeerd worden.”
Stel dat blijkt dat veel arbeidsongevallen resulteren in snijwonden, dan kan een werkgever ingrijpen door proactief meer beschermingsmiddelen te voorzien. Ligt het probleem bij ongevallen in de bouw op grote hoogte, dan kan het lonen om in te zetten op opleidingen of valbescherming. “Door regelmatige opvolging van de arbeidsongevallen ontstaat een correct schadebeeld”, vat Els Van den Broeck het samen. “Als je dat koppelt aan concrete acties komt jouw bedrijf opnieuw op een beter blaadje bij de verzekeraars.”
Naast het koppelen van de statistieken aan het preventiebeleid, is het goed om in de huidige harde markt na te denken over een premiestructuur die rechtstreeks verband houdt met de evolutie van de schadestatistiek (variabele premievoet of KPI’s rond veiligheid). Naast de vaste premie die jouw bedrijf na drie jaar opnieuw onderhandelt, bestaat de mogelijkheid om zo’n variabele premievoet in te schakelen. “De premievoet die een uitzendkantoor betaalt, hangt in dat scenario rechtstreeks samen met de resultaten op vlak van veiligheid”, zegt Els Van den Broeck. “Het systeem neemt niet weg dat regelmatige opvolging van die statistieken ook hier heel belangrijk blijft. In de schadedata duiken en overbodige elementen verwijderen, helpt om de premievoet te minimaliseren.”
Tot de juiste oplossing komen voor zowel verzekeraar als uitzendbureau is een oefening die verder reikt dan enkel sleutelen aan statistieken, premievoeten en veiligheidsmaatregelen. “Als makelaar zien we de meerwaarde in van het samenbrengen van de drie partijen betrokken bij de polis. Dat geeft je als aanbieder van uitzendwerk de kans om in detail specifieke elementen uit jouw veiligheidsbeleid toe te lichten. Net als elke onderneming heeft een uitzendkantoor commerciële doelstellingen. Verzekeraars vernemen graag hoe de kantoren een systeem waarin consulenten beloond worden op basis van die commerciële targets in evenwicht kunnen brengen met het veiligheidsbeleid”, zegt Els Van den Broeck.
Concreet gaat het bijvoorbeeld over het koppelen van bonussen of andere voordelen aan het veiligheidsbeleid. Het is een strategie die nuttig kan zijn om de gevolgen van de marktverharding onder controle te houden. Dat geldt evenzeer voor het uitsluiten van klanten die het niet nauw nemen met de veiligheidsmaatregelen. “Merkt jouw uitzendkantoor dat in een bedrijf waar jouw medewerkers zijn tewerkgesteld de ongevallen zich opstapelen en dat het bedrijf weinig bereidheid toont om daar via een beter veiligheidsbeleid aan te werken? Dan is het met het oog op de arbeidsongevallendekking soms beter afscheid te nemen van die klant”, aldus Els Van den Broeck.
Om jouw uitzendkantoor te wapenen tegen de gevolgen van de marktverharding, is vooral een goede periodieke opvolging de gouden tip. Wacht niet tot jouw premie na drie jaar aan herziening toe is en je wordt geconfronteerd met een substantiële verhoging of zoektocht naar een andere verzekeraar. Zit regelmatig samen met Vanbreda om jouw schadestatistiek te bekijken zodat je een goed zicht hebt op de te ondernemen acties. Tegenover de tijd die dit vergt, staat een juistere verhouding tussen schade en premie en dat kan een uitzendbureau een veel voordeligere premievoet opleveren.